Professional aan het woord: mr. José van der Sanden: "De ongelukken hebben mij letterlijk een tijd lang stilgezet"
Auteur: Merel de Wit MSc
|06 / 11 / 2024
In 2014 loopt mr. José van der Sanden (40) letselschade op als ze in haar auto van achteren wordt aangereden. Na een intensieve herstelperiode krijgt ze vier jaar later een tweede auto-ongeval. De gebeurtenissen in die tijd doen haar besluiten zich als jurist volledig toe te leggen op het bijstaan van letselschadeslachtoffers. Sinds 2019 werkt José als zelfstandig letselschadespecialist, ook zet ze haar ervaringsdeskundigheid in voor patiëntenvereniging Whiplash Stichting Nederland.

Twee ongelukken in vier jaar tijd, dat is wel heel zuur. Wil je ons iets meer vertellen over het letsel dat je hebt opgelopen?
“Het eerste ongeval was een typische kop-staartbotsing, ik reed in Eindhoven waar het druk was omdat er net een voetbalwedstrijd was geëindigd. Ik wilde invoegen op een ander weggedeelte toen een auto mij ruimte liet. Ik zag wel dat de automobilist met zijn telefoon bezig was, maar dacht daar niet zoveel van. Een paar minuten later reed hij mij van achteren aan, waardoor ik doorschoot en op de auto voor me botste. Ik ben uit de auto gestapt en voelde direct pijn in mijn nek. Ik weet nog dat ik ontzettend boos was. Samen met de andere automobilisten vulde ik de schadeformulieren in en daarna ben ik naar huis gereden. Thuis aangekomen kreeg ik steeds meer last van mijn nek, dus heb ik de huisartsenpost gebeld. Zij hebben me direct doorverwezen naar het ziekenhuis voor een MRI-scan, omdat er werd gedacht aan mogelijke schade aan mijn nekwervels. Gelukkig was er niks afwijkends op de scan te zien. Ik had wel last van mijn nek, hoofdpijn en tinnitus. Ook kreeg ik gaandeweg onder andere te maken met prikkelgevoeligheid en concentratieproblemen. Daarbij was ik veel sneller vermoeid dan normaal. Mijn huisarts constateerde in de week na het ongeval whiplash-achtige klachten.”
En na het tweede ongeval?
“De tweede keer werd ik op de snelweg aangereden, met een hogere snelheid. De impact was aanzienlijk. Ik was grotendeels hersteld na mijn eerste ongeluk, maar kreeg opnieuw te maken met klachten die ik herkende van de eerste keer. Gelukkig herstelde ik veel sneller. Waar dat precies aan heeft gelegen weet ik niet. Ik reed de tweede keer in de auto van mijn man, die groter en steviger was. En ik botste zelf niet op mijn voorganger, dus ik kreeg maar één klap. Misschien heeft dat ermee te maken gehad.”
Wat heeft voor jou gewerkt qua herstel? Heb je bepaalde behandelingen of therapieën gevolgd?
“Tijdens mijn eerste herstelperiode kwam ik op een gegeven moment vier keer per week bij een fysiotherapeut, daarna nog bij een manueel therapeut. Maar het hielp niet. Craniosacraal therapie heeft mijn klachten wel iets kunnen verlichten. Wat echt een verschil heeft gemaakt is EMDR-therapie, bij een psycholoog. Een hele concrete therapie om het ongeval te verwerken. Na vijf sessies kon ik weer beter slapen. Het heeft mij ook geholpen om weer relaxed in de auto te kunnen zitten. Verder ben ik gezien door een neuroloog en een KNO-arts voor de tinnitus. Ik ben ook nog gestart met een revalidatietraject, maar ik kreeg in die tijd steeds meer last van mijn rug. Ik bleek een hernia te hebben, waar ik met spoed aan ben geopereerd. Het traject mocht ik daarna niet meer afmaken, omdat er te veel tijd tussen had gezeten.”
Als je op de herstelperiodes terugkijkt, wanneer ben je dan het meest vooruit gegaan? Is er een omslagpunt geweest?
“Twee jaar na het eerste ongeval was ik alles zo zat, ik was alleen maar bezig met ziek zijn en werkuren opbouwen. Ik had helemaal geen ruimte meer voor mijn privéleven, de balans was zoek. Toen ben ik rigoureus gestopt met alle behandelingen. En ook met werken. En ik besloot in die tijd dat ik mijn letselschadezaak wilde afwikkelen. Vanaf dat moment heb ik weer stapjes vooruit kunnen zetten, ik denk omdat ik even helemaal niks meer moest. Niet meer steeds bedenken hoe ik me voelde en niet meer vechten tegen wat ik niet gedaan kreeg. Daarmee kwam een stukje acceptatie: dit is nu wat het is en vanuit deze situatie ga ik mijn leven weer indelen. Na de ingelaste pauze ben ik gestart als zelfstandige in de evenementenbranche, iets wat toevallig op mijn pad kwam. Ik kon op mijn eigen tempo werkuren opbouwen en zelf mijn tijd indelen. Maar ja, ik zat natuurlijk wel in een luxepositie. Mijn vriend (inmiddels man, red.) had een goede baan en we konden van zijn salaris rondkomen als het ondernemerschap onverwachts toch niet zou lukken. Dat gaf mij ruimte."
We zijn nu tien jaar verder, welke impact heeft het letsel nu nog op jouw gezondheid?
“Ik heb tinnitus overgehouden aan het eerste ongeval, meteen vanaf dag één in mijn linkeroor, dat is nooit meer weggegaan. Verder merk ik in drukke periodes dat ik sneller last heb van mijn nek en schouders, maar misschien had ik dat ook gehad zonder letsel. Dat vind ik altijd een beetje lastig om te zeggen, je bent natuurlijk ook tien jaar ouder. Daarnaast heb ik het heel lang moeilijk gevonden dat ik niet meer kon hardlopen, iets wat ik meerdere keren in de week deed vóór mijn ongeluk. Maar begin dit jaar heb ik mezelf als doel gesteld dat ik in oktober de kwart marathon zou lopen in Eindhoven. En dat is gelukt! Het gaf mij het gevoel dat de cirkel rond was, tien jaar na datum. Ik kan zeggen dat er geen sprake meer is van een impact op mijn leven, behalve dan die irritante piep in mijn oor.”
Wat een mooie mijlpaal, de kwart marathon! Hoe gaat het verder met je?
“Het gaat goed, ik kan weer alles wat ik wil doen. Zowel privé als in mijn werk. Daar ben ik blij mee. Ik werk nu als zelfstandig letselschadespecialist.”
Ja, laten we even teruggaan. Ten tijde van het eerste ongeval in 2014 werkte je al deels in het letselschadeveld bij Slachtofferhulp Nederland?
“Ja, ik begeleidde als juridisch medewerker onder meer verkeersslachtoffers voor Slachtofferhulp Nederland. En toen overkwam het mezelf. Ik ondervond aan den lijve hoe belangrijk het is om bijgestaan te worden door een belangenbehartiger in een tijd dat je daar zelf niet toe in staat bent. Ik had er zelf simpelweg de energie niet voor, ik was te druk met herstellen om me bezig te houden met de juridische kant van het ongeval. Het is heel fijn als er dan iemand is die je een klein beetje kan ontzorgen op dat vlak.”

Dus je eigen ervaringen hebben je uiteindelijk doen besluiten om fulltime met letselschadecliënten te gaan werken?
“Ja. Ik wist inmiddels door mijn werk als zelfstandige in de evenementenbranche dat het ondernemerschap mij goed paste, maar ik merkte dat ik het juridische werk en het helpen van mensen miste. Toen ik goed hersteld was van mijn tweede ongeval kwam ik tot de conclusie dat ik me weer volledig wilde inzetten voor mensen die in dezelfde situatie zaten als dat ik twee keer had gezeten. In 2019 heb ik ROSV letselschade opgericht, als letselschadespecialist regel ik namens mijn cliënten het aansprakelijk stellen van de veroorzaker en het verhalen van de letselschade.”
En je zet je naast je werk in als vrijwilliger voor Whiplash Stichting Nederland (WSN), wat doe je precies?
“Ik beheer de WSN Facebookgroep, speciaal voor mensen die whiplashletsel hebben opgelopen en behoefte hebben aan lotgenotencontact. Ik denk dat het belangrijk is dat een dergelijke groep bestaat, dat mensen daar terecht kunnen. Er worden verhalen gedeeld, vragen aan elkaar gesteld en tips uitgewisseld. En mensen kunnen er een stukje (h)erkenning vinden. Ik ben zelf recent ook een facebookgroep gestart voor mijn eigen cliënten.”
Wat is de toegevoegde waarde van lotgenotencontact in zo’n online groep?
“Nou, dat stukje (h)erkenning bij elkaar kunnen vinden. Dat kan soms lastig zijn in je eigen omgeving. Als je dan op zaterdagavond twee uurtjes naar een feestje gaat en de zondag als gevolg in bed doorbrengt, dan is dat voor anderen niet altijd even gemakkelijk te begrijpen. En dan krijg je weleens reacties als ‘Heb je daar nog steeds last van?’. Of mensen vinden er iets van dat je wel naar een feestje gaat, maar niet fulltime kunt werken. In een lotgenotengroep kun je die ervaringen delen en hoor je hoe anderen hiermee omgaan.”
Hoe vond je dat zelf tijdens je herstelperiode, om je omgeving te laten weten wat wel en niet lukt?
“Ik vond dat best lastig in die eerste jaren, om bij familie en vrienden aan te geven waar op dat moment mijn grenzen lagen. Ik vond het zelf al een uitdaging om te bepalen wat ik aankon en door welke activiteiten ik te veel klachten kreeg. Zo ook in de situatie met mijn man, met wie ik mijn eerste date had slechts een paar weken voor het eerste ongeval. Toen hij hoorde dat ik was aangereden, stond hij de dag erna met een grote bos bloemen op de stoep. Het opbouwen van een relatie is niet gemakkelijk als je zelf druk bent met herstellen. Dat was wel even puzzelen.”
Maar liefde overwint veel!
“Ja, zeker. We zijn nu ruim 10 jaar samen en inmiddels ook getrouwd.”
Heb je misschien een tip voor anderen die het lastig vinden om hun beperkingen te communiceren naar hun vrienden en familie? Iets wat voor jou heeft gewerkt?
“Ik weet niet of ik daar antwoord op kan geven, want ik heb daar zelf destijds ook niet echt een weg in gevonden. Ik heb eigenlijk maar gedaan wat ik op dat moment dacht dat het beste was voor mezelf. En als ik familie of vrienden sprak, dan wilde ik het graag over andere dingen hebben. Wat ik nog wel als tip zou willen meegeven als het gaat over beperkingen: blijf zo nu en dan je grenzen opzoeken, dan weet je ook waar ze liggen. Als je dat nooit doet, dan blijft je situatie zoals het is.”
Als je terugkijkt op jouw eigen herstelperiodes, wat was voor jou in die tijd de grootste mentale uitdaging?
“Balans vinden en balans houden. In alle opzichten: werk, privé, familie, vriendschappen, et cetera. En bijvoorbeeld ook in de dingen die je zelf wílt doen en de dingen die je móet doen. Om te zorgen dat je op een gegeven moment niet alleen maar aan het werk bent of dermate intensief met je herstel bezig bent dat je geen leuke dingen meer doet. Of dat je geen nee kunt zeggen en vervolgens ’s avonds geen slaap meer kunt vatten, omdat je te veel van jezelf hebt gevergd. Het houden van een bepaalde balans was trouwens voordat ik het letsel opliep ook wel iets dat ik in de gaten moest houden, maar in de tijd dat ik last had van whiplashklachten nog veel meer.”
Op je website schrijf je “Hoe cliché ook, achteraf kan ik zeggen dat het (de periode na het ongeval, red.) mij sterker heeft gemaakt.” De gebeurtenissen hebben je dus ook iets gebracht?
“Ik sta letterlijk sterker in mijn schoenen. Ik durf meer van mezelf uit te gaan. Ook heb ik ervaren dat ik hele lieve mensen om me heen heb die er voor mij zijn, ook als ik niet zo lekker in mijn vel zit. Je zelfvertrouwen groeit als je een periode diep hebt gezeten en daar vervolgens weer uitkomt. Ik heb de gebeurtenissen nu achter me kunnen laten, ze zijn onderdeel geworden van mijn verleden.”
Wat mooi, dat je daar nu op deze manier naar kunt kijken.
“Ja. Ik denk ook dat ik op een bepaalde manier bewuster in het leven ben gaan staan. De ongelukken hebben mij letterlijk een tijd lang stil gezet, daarvoor was ik altijd aan het rennen en vliegen. Door de klachten moest ik gaan kiezen: waar wil ik mijn energie aan uitgeven? Je gaat in zo’n situatie beter nadenken over wat je echt belangrijk vindt in het leven.”
Ten slotte, zou je anderen die letselschade hebben oplopen nog iets willen meegeven?
“Probeer zelf de regie te nemen, of het nu gaat over je herstel of om een schadezaak met de verzekering. Het gaat over jou, wat jij kan en wat jij wil. Je hoeft niks af te wachten. En verder nog een praktische tip: als je allerlei verschillende adviezen krijgt, bijvoorbeeld met betrekking tot behandelingen of therapieën, luister dan naar jezelf! Ik zie dat vaak bij cliënten, dat ze meerdere behandelingen tegelijk gaan uitproberen. Of dat ze lang doorgaan zonder vooruitgang te boeken. En dat is natuurlijk logisch, want je wilt zo snel mogelijk weer de oude worden. Maar als je van alles tegelijkertijd gaat doen, dan weet je niet meer wat effectief is.”
Voor meer informatie over mr. José van der Sanden kun je terecht op de website van ROSV Letselschade.